highlike

Olaf Mooij

Raincar

Olaf Mooij

source: highlike
Work: Olaf Mooij (NL)
The Dutch artist Olaf Mooij produces work that focuses on changing existing objects into new dimensions. He achieves particular fame with his car sculptures. In the Nethetlands almost everyone is familiar with his Braincar, a car whose top has been transformed into a giant brain. During the day, the car drives through a neighbourhood, city or street, and in the evening it dreams of it’s day through video projections on the matt white brain surface. Since the early nineties, Mooij has looked to the street as a stage for his work. In 1999, Mooij transformed a car into an art object for the first time. In the DJ Mobile, he magically transformed a Ford Sierra into a mobile station where a DJ spins his records. This piece has appeared at numerous art festivals. Expanding from this concept, Mooij has developed ‘hair-cars’ series: ‘Every type of car has its own personality, its own face, lots of people see the lamps as the eyes, the grille as the mouth. A car represents a certain time spirit and represents a certain group of people. A car is alive! After a long drive with his car my father always said ‘well done boy’ and gave it a friendly punch. This is where the idea of the hair cars found its roots. Imagine there is a car driving in the street with beautiful long blond hair waiving in the wind. Mooij’s work is firmly rooted in the sculptural tradition. At the basis of sculpture lies the artists ability to suggest life in dead matter. Rodins famous Kiss is actually just a piece of rock, but we cannot see (or feel) anything other than a passionate embrace. Olaf Mooijs cars are nothing more than bodywork, but he has transformed them into personalities, into living matter.
Photographer: Lotte van Stekelenburg
.
.
.
.
.
.
.
source: popupcity
Driving around in the city while it’s raining, and you’re dry and safe inside your car — I can see the melancholia of it. But some people might really like it. For those people, Rotterdam-based artist Olaf Mooij created a rather remarkable car. Equipped with a rain installation on its rooftop, the so-called Rain Car is able to wash itself. Although it’s hard to find the exact reason to make this installation, it’s for sure that cars are important objects in Mooij’s work. Besides his Rain Car he has also developed other amazing car designs like the Brain Car, the Chesterfield Car, a DJ Mobile and a couple of Hair Cars, such as the Punk Trabant. The Rain Car was a part of the Drive-In Rotterdam program at the Netherlands Architecture Institute (NAi), which deals with flexible and movable urban concepts and designs.
.
.
.
.
.
.
.
source: sculpture-network
For many people their car is an extension of themselves and therefore so often discussed. The Rotterdam-based artist Olaf Mooij, who has achieved particular fame with his car sculptures in public space, transforms vehicles into “living” beings. With a personality, with hairstyles, with enlargement of parts.
In his recent series of work, at BIS71, the car sculptures no longer have a functional use, but serve only as a reminder of the modes of transport. Compact rubber forms without wheels are waiting for their birth. A flesh-colored carskin of what once could have been an estate car lies folded on the ground. The work presents itself as a fossil remnant of a distant past. The humorous sculptures relativize the contemporary relationship of the human being to machines and the devices that surround him. In Temple of Doom the art works turn into a sacred place: does our car obsession lead to destruction?
.
.
.
.
.
.
.
source: olafmooijnl
De Rotterdamse kunstenaar Olaf Mooij (1958) heeft vooral bekendheid verworven met zijn autosculpturen in de openbare ruimte. Bijna iedereen kent zijn Braincar, een auto waarvan de bovenkap is omgevormd tot grote hersenpan. Overdag rijdt de auto door een wijk, stad of straat, en in de avond droomt de auto van zijn dag door middel van videoprojecties op het matwitte hersenvlak.
Al vroeg in de jaren negentig zocht Mooij de straat als podium voor zijn werk. Kenmerkend voor zijn generatie, met kunstenaars als Joep van Lieshout en Jeroen Doorenweerd, was dat ze hun werk veel meer verbonden met de wereld buiten de muren van de tentoonstellingszalen. Dat leidde vaak tot verwarring: was het wel kunst dat ze maakten? Zo werd Mooij in 1999 genomineerd voor de Designprijs Rotterdam met zijn DJ Mobiel, een verbouwde Ford Sierra met professionele geluidsinstallatie, tien speakers en een DJ booth.
Maar voor de goede beschouwer is het altijd duidelijk geweest: het werk van Mooij is stevig geworteld in de beeldhouwtraditie. Aan de basis van de beeldhouwkunst ligt het vermogen van de kunstenaar om in dode materie leven te suggereren. De beroemde Kus van Rodin is in feite een brok steen, maar wij kunnen niets anders zien (en voelen) dan een hartstochtelijke omhelzing. De auto’s van Olaf Mooij zijn niets meer dan carrosserie, maar worden door hem getransformeerd tot persoonlijkheid, tot levende materie. Door toevoeging van overdreven kappen, haarstukken of uitvergrotingen van onderdelen komen speelse, karikaturale beelden tot stand. De humoristische beelden relativeren de hedendaagse verhouding van de mens tot de machines en apparaten die hem omringen. Het universele fenomeen van de objectliefde wordt op speelse wijze geridiculiseerd, zoals in de Chesterfield Car, net zo uitnodigend als een echte Chesterfield bank (2004, collectie Museum Boijmans van Beuningen).
In zijn recente serie werken, die vrijwel volledig werden gepresenteerd in TENT rotterdam maart 2009, lijkt Mooij te willen terugkeren naar de volstrekte autonomie van de sculptuur. Zijn autobeelden hebben geen gebruiksfunctie meer, maar doen alleen nog herinneren aan het transportmiddel. De werken staan, liggen, hangen en leunen in de tentoonstellingsruimte. Ze zijn zonder sokkel op de grond geplaatst en hebben zonder hun gebruikswaarde een kwetsbare uitstraling. De huid, het oppervlak van de auto staat centraal. Het vel van wat een stationcar geweest zou kunnen zijn ligt geplooid op de grond. Een Volkswagenvorm ligt wankel op de vloer, zijn oppervlak bedekt met een zwarte steenachtige laag. Het werk presenteert zich als een fossiel overblijfsel van een ver verleden. Een kleine autovorm wordt omspannen door een geelachtig vlies waar het bijna uit lijkt los te breken; de suggestie van een geboorte is gewekt. In het spel tussen vorm en betekenis, tussen volume en oppervlak, tussen symboolfunctie en gebruiksfunctie zoekt Mooij precies het punt waarop ze samenvallen. Einde en begin, before and after: deze dode materie is biomorf, de verbeelding van levende wezens. De recente sculpturen van Mooij hebben een sterk tactiele uitstraling, ze nodigen uit om aan te raken en, ach waarom niet, om van te houden.